Shin splint (geïrriteerde scheenbenen)
Springschenen, of shin splint, is een irritatie aan de scheenbeenspieren. Het is een veelvoorkomende klacht bij hardlopers, badmintonners en tennissers. Het scheenbeen is dan gevoelig. In het begin is het scheenbeen vaak gevoelig tijdens en na het sporten maar als de klacht langer duurt, kunt u het zelfs voelen zonder inspanning. Shin splints kunnen verschillende oorzaken hebben, zoals: verkeerde schoenen, overgewicht, onregelmatige sportondergronden of een slechte looptechniek. Als u pijn heeft aan de schenen, moet u stoppen met trainen. Zo voorkomt u dat de blessure langdurig wordt. De klachten verdwijnen vaak binnen een aantal weken. Als de klachten langer aanhouden, kan de huisarts u doorverwijzen naar een sportarts.
Bij shin splints heeft u de volgende klachten:
- Als uw klachten net beginnen, heeft u pijn tijdens of na de training. Als de klachten langer duren, krijgt u ook pijn zonder dat u zich inspant.
- De knie kan opzwellen.
- De pijn straalt door in uw knie of enkel.
- Kracht zetten op uw voet doet pijn.
- De pijn is meestal te voelen aan de voorzijde of binnenrand van het scheenbeen.
De irritatie of pijn begint vaak bij het rennen, springen en intensieve belasting.
Om shin splints te voorkomen, kunt u een aantal adviezen opvolgen:
- Zorg dat u, voordat u gaat trainen, een warming up doet en aan het einde van uw training rustige bewegingen doet voor een cooling-down.
- Zorg voor variatie in een training. Dit om te voorkomen dat u constant dezelfde beweging maakt en uw spieren belast.
- Kies voor een regelmatige en zachte ondergrond. Voorkom lopen op een harde ondergrond, zoals asfalt.
- Zorg dat u investeert in goede schoenen.
- Neem vaker rust tussendoor. Als u pijn krijgt, zorg ervoor dat u meteen stopt en pas weer verder gaat als het lukt.
- Zorg ervoor dat u goed let op de manier waarop u loopt. Hou de rug recht en schouders naar achteren en hou een hoge pasfrequentie aan. Dit vermindert namelijk de impact van de landing en verkleint de kans op blessures.
- Bouw de belasting geleidelijk op. Zorg ervoor dat u niet gelijk aan de slag gaat, maar begin rustig en ga langzaam harder of intensiever trainen.
- Verdeel trainingen over de week. Zo kunnen uw spieren herstellen van de vorige training en voorkomt u overbelasting. Bouw de hoeveelheid trainingen langzaam op.
- Doe oefeningen om kracht en stabiliteit te vergroten. Een fysiotherapeut zou u hierbij kunnen helpen als u niet weet welke oefeningen werken of niet.
- Probeer een andere sport als u blessures oploopt van de sport die u momenteel doet. Het is belangrijk om fit te blijven, maar zoek iets waardoor u geen pijnklachten aan uw knie krijgt.
Neem contact op met uw huisarts als:
- U de adviezen heeft opgevolgd maar de klachten niet verminderen.
- De pijn begint wanneer u gaat inspannen, zoals bij het sprinten of springen.
- De pijn niet wegtrekt binnen vijftien minuten nadat uw pijn is begonnen.
- Uw onderbeen dik, rood of warm wordt en ook als u het idee heeft dat er iets anders aan de hand is met uw onderbeen.